door Karine De Hondt
•
10 februari 2025
Daar gaan we weer. Voorafbetalingen… De overheid wil niet dat je wacht met vennootschapsbelastingen te betalen tot je je boekjaar hebt afgesloten. Je aanmoedigen doet ze met een vermeerdering, een soort boete van 6,75%. Betaal je vooraf, dan krijg je in ieder kwartaal een zeker voordeel toegekend (9%, 7,5%, 6%, 4,5%). Het gemiddelde van die voordelen is 6,75%, zodat de boete volledig wordt opgeheven als je netjes ieder kwartaal een kwart van je belastingen betaalt. Maar het kan ook anders. Je bent allicht niet helemaal zeker van je inkomsten en dus ook niet van de belastingssom. Misschien wil je ook liever een deel in reserve houden. 75% van je geschatte belastingen voor 10 april (VA1) betalen, levert je meteen 9% voordeel op. Je hoeft dan de rest van het jaar niks meer vooraf te betalen. Heb je dat geld niet? Je zou een lening kunnen aangaan om vooralsnog te kunnen voorafbetalen (ja, dat loont), maar je zou ook pas tegen 10 juli (VA2) kunnen betalen. Om de hele vermeerdering dan in één keer te vermijden, moet je wel 90% van de vennootschapsbelastingen betalen. In dezelfde logica wordt het daarna wel wat lastiger. In VA3 en VA4 zou je dan resp. 112,5% en 150% moeten betalen. Je krijgt dan het teveel later terug, maar je geld zit wel een paar maanden vast bij de FOD Financiën. Heb je geen geld te veel, dan kan je in VA3 100,71% of VA4 102,15% voorafbetalen. Je hebt daarmee op een deel de vermeerdering betaalt, maar het saldo van de aanslag is wel nul.